Proefscheiding: Ideale afkoelingsperiode?

Wat is een proefscheiding ?

Wanneer partners twijfelen om te scheiden of het samenleven tijdelijk “ on hold” willen zetten, kunnen zij een adempauze inlassen en een proefscheiding organiseren.

Soms schrikken partners van de relationele gevolgen van een scheiding: ze komen alleen in het leven te staan, ze missen de kinderen want de kinderen verblijven nu ook bij de andere partner,  hun vriendenkring wordt gesplitst …

Ook de financiële gevolgen worden niet altijd even helder ingeschat: kan ik de woning overnemen? Krijg ik een nieuwe lening bij de bank? Hoeveel kinderalimentatie zal er betaald worden?

Een proefscheiding helpt de partners om alles op een rijtje te zetten en de ingrijpende  gevolgen van een scheiding aan de lijve te ondervinden zonder dat er definitieve beslissingen worden genomen.

Het is een afkoelingsperiode waarin er tijd is voor reflectie en zelfzorg en elke partner kan op zijn eigen tempo nagaan of er nog een relatie mogelijk is.

Hoe kan een erkend bemiddelaar u helpen ?

Sommige partners doen bij huwelijksproblemen beroep op een erkend bemiddelaar in familiezaken. Wil u meer te weten komen over bemiddeling bij scheiding klik dan hier.

In heel wat gevallen zijn de partners nog niet zeker of zij definitief willen scheiden (twijfel). Sommige koppels kiezen op dat moment voor een proefscheiding.

Duur van de proefscheiding

Een proefscheiding is geen vrijblijvend gebeuren. Het is belangrijk dat er een einddatum wordt afgesproken tussen partijen. Daarbij kan gedacht worden aan een periode van drie of zes maanden. Ook hier bepalen de partners begin- en einddatum. De partners kunnen dit samen met de bemiddelaar bespreken en tot een vergelijk komen.

Doel van de proefscheiding

Essentieel is dat de partners aan elkaar uitleggen waarom zij willen proef scheiden. Beide partners kunnen elk verschillende beweegredenen hebben en samen met de bemiddelaar mag dit scherp verwoord worden: sommige mensen willen tijd voor zichzelf, willen een rustperiode inlassen en aan zelfzorg doen. Andere partners willen los komen van hun eigen familie of afstand nemen van de invloed van de schoonfamilie. Elk van deze behoeften mag gezien worden en aan bod komen en heeft bestaansrecht. Indien deze wederzijdse behoeften niet kunnen gezien worden door de partners, stelt zich de vraag of een proefscheiding zinvol is.  Bespreek dit samen met de bemiddelaar en neem hiervoor jouw tijd.

Afspraken

In deze periode maken jullie afspraken over de kinderen: blijven de kinderen  in de  woning wonen  en verhuizen de ouders? Of huren jullie of één van jullie tijdelijk een andere woning? Wie  betaalt verder de hypotheek en de huur van de woning/appartement. Hoe verloopt de verblijfsregeling? Behouden jullie de gemeenschappelijke rekeningen en blijven jullie samen bijdragen aan het huishouden? Ook hier is het raadzaam heldere afspraken te maken en in het belang van de kinderen zo weinig mogelijk verandering te installeren gezien het om een relatieve korte periode ( drie of zes maanden ) gaat.

Moeilijker zijn de afspraken tav elkaar: zien jullie elkaar nog regelmatig? Zijn er overlegmomenten? Gaan jullie gezamenlijk nog activiteiten doen? Hebben jullie psychologische bijstand of volgen jullie ondertussen relatietherapie?  Is er tijd en ruimte voor nieuwe ontmoetingen of is er een engagement om geen nieuwe partners te leren kennen? Al deze vragen verdienen een antwoord.

Neem ook hier jouw tijd en bespreek dit samen met de bemiddelaar. Indien jullie willen, organiseren wij tussentijdse evaluatiemomenten tijdens de proefscheiding.

Schriftelijke overeenkomst?

De afspraken worden steeds schriftelijk vastgesteld en ondertekend door de partners in aanwezigheid van de bemiddelaar.  Dit geeft rust en duidelijkheid voor beide partners in deze troebele periode. Jullie kunnen daar op terugvallen wanneer er onduidelijkheden/misverstanden zijn. Loopt de proefscheiding slecht af, dan kunnen jullie de gemaakte afspraken bevestigen of bijstellen in het kader van de scheiding. Weet dat jullie nooit gebonden zijn door de afspraken van de proefscheiding als jullie dit niet willen (vrijblijvend; geen juridische waarde): het gaat om een afgebakende periode met een specifieke invalshoek. De ondertekening van de overeenkomst van proefscheiding is wel een “plechtig” moment bij de bemiddelaar en toont het engagement van beide partners om te kijken wat nog mogelijk is.

Waarop letten bij doorverwijzing naar advocaat/bemiddelaar ?

Je komt  het in jouw praktijk geregeld tegen. Mensen  in relatietherapie wensen het traject stop te zetten omdat minstens één van hen de relatie wil beëindigen.

Ook huisartsen zien geregeld mensen op de moeilijkste momenten van hun leven, zo ook bij een scheiding van hun partner. Zeker als er kinderen zijn, verandert er plots heel wat.

Is er op dat moment nog een rol voor de therapeut of arts weggelegd ?

Absoluut. Goed en snel doorverwijzen in kader van scheiding kan heel wat latere problemen vermijden.

Hieronder enkele tips voor een goede doorverwijzing.

  1. Wees er snel bij

Op het moment dat mensen aan de bel trekken is het ijzer heet. Een snelle aanmelding vermijdt dat het conflict nog meer ontspoort.

Langdurige conflicten of koude conflicten tussen partners zijn moeilijker op te lossen zijn dan warme conflicten. De oplossing vergt veel meer tijd en energie. Vergelijk het met een knoop in een touw. Hoe meer aan beide zijden van het touw reeds getrokken is, hoe moeilijker de knoop te ontwarren is.

  1. Ga na welke behoefte bij jouw patiënt/cliënt leeft

Dit is misschien wel de moeilijkste taak.

Als doorverwijzer is het heel belangrijk dat je goed navraagt waaraan je cliënt nood heeft. Wil deze persoon gewoon juridische informatie inwinnen of heeft hij/zij nood aan een aanmelding bij een advocaat of erkend bemiddelaar. Zo ja, naar wie verwijs je dan best door ?

Elke cliënt is anders en heeft andere behoeften. Op ieder potje past een dekseltje , zo ook bij juridische dienstverlening in het kader van een scheiding.

Wanneer je ervaart dat jouw cliënt er mentaal doorzit en vooral nood heeft aan vertraging dan is het niet steeds de beste keuze om deze naar een advocaat door te verwijzen. Indien je toch doorverwijst naar een advocaat, probeer dan te kiezen voor een advocaat gespecialiseerd in familiekwesties. Zo ben je zeker dat deze persoon onmiddellijk bij iemand terecht kan die ervaring heeft met emotioneel geladen conflicten.

Hebt je de indruk dat jouw cliënt van geen hout meer pijlen kan maken, suggereer dan om samen de aanmelding te doen, eerder dan deze persoon naar huis te sturen met een briefje met enkele namen/websites op. De kans is groot dat de cliënt het bos niet meer door de bomen ziet en bij thuiskomst het goedbedoelde advies verticaal klasseert.

  1. Een erkend bemiddelaar, say what ?

Je kan ook doorverwijzen naar een erkend bemiddelaar in familiezaken. Dit kan als iemand duidelijk aangeeft samen met zijn toekomstige ex-partner nog door één deur te willen. Ook wanneer er kinderen zijn, is bemiddeling de aangewezen vorm van alternatieve geschillenbeslechting.

Een erkend bemiddelaar is een neutraal en meerzijdig partijdig persoon die optreedt voor beide partijen en die de gesprekken tussen de partners faciliteert en hen begeleidt naar een oplossing die zij zelf uitwerken en zullen naleven.

Een erkend bemiddelaar volgde een opleiding en verkreeg de erkenning van de Federale Bemiddelingscommissie. Dat betekent dat niet iedereen erkend bemiddelaar is. De lijst van erkende bemiddelaars kan u hier terugvinden.

Erkende bemiddelaars in familiezaken zijn doorgaans ofwel advocaten met specialisatie in familiekwesties ofwel therapeuten/psychologen.

Het verschil zit in hun opleiding. Advocaten zijn juridisch geschoold terwijl therapeuten/psychologen doorgaans geen juridische scholing kregen.

Hoe verloopt een scheidingsbemiddeling ?

  • De bemiddelaar wordt gecontacteerd voor een intakegesprek met beide partners. Indien de aanmelding gebeurt door één partner dan zal worden gevraagd aan deze partner om de andere partner te vragen of deze ook aanwezig kan zijn bij het eerste gesprek.
  • Na het vrijblijvend intakegesprek, beslissen de partners of zij verder gaan met de bemiddeling.
  • In dat geval ondertekenen zijn samen een bemiddelingsprotocol, waarin zij akkoord gaan met enkele basisspelregels:
    • Volledige openheid over relevante informatie
    • Vrijwillige deelname van elke partner
    • Geheimhouding en vertrouwelijkheid
  • In de loop van het traject ontstaan voorlopige afspraken, deelakkoorden, treden herzieningen op…maar wordt doorgegaan tot een globaal akkoord is over alle onderwerpen.
  • Het globale akkoord giet de bemiddelaar in een juridisch sluitend document, dat nadien wordt neergelegd bij de bevoegde rechtbank met oog op bevestiging. Er wordt bijzondere zorg besteed aan dit document zodat er later geen betwisting of interpretatieprobleem ontstaat.
  1. Toch beter naar een advocaat ?

Een advocaat treedt steeds op voor één partij en behartigt diens belangen. Een advocaat is dus partijdig. Daarin ligt meteen het grootste verschil met een erkend bemiddelaar, die voor beide partijen werkt.

In sommige gevallen is het toch meer aangewezen om jouw cliënt naar een advocaat door te verwijzen.

Dit is zo als er geen juist machtsevenwicht is tussen de partners en vooral als er sprake is van ernstig verbaal of fysiek geweld, middelenmisbruik. Het gaat in dat geval om uitgesproken gevallen. In deze gevallen ligt een bemiddeling moeilijker en heeft de persoon nood aan een advocaat die zijn/haar belangen verdedigt.

Wanneer één van de partners geen enkele oplossing wil en weigert om te communiceren ligt bemiddeling ook moeilijk. Bemiddeling is immers gesteund op de vrijwilligheid van de beide partners om hun geschil op te lossen.

  1. Hoe kunnen wij u helpen ?

Ons kantoor bestaat uit twee bemiddelaars die erkend zijn door de Federale Bemiddelingscommissie.

Wouter De Canck is één van de eerste erkende Familiale bemiddelaars in België. Hij heeft een enorme praktijkervaring. Wouter is advocaat, erkend bemiddelaar en systemisch coach. Deze achtergrond maakt dat hij een bijzonder uniek erkend bemiddelaar is in het Vlaamse bemiddelingslandschap.

Jonas Van Giel is erkend bemiddelaar in familiale zaken met bijzondere interesse voor het familierecht.

Bij complexe financiële of vermogensrechtelijke problemen doet het kantoor beroep op Sofie Longerstay, zelfstandig adviseur in familiaal vermogensrecht.

Deze leuke symbiose tussen recht en emoties maakt dat de slaagkans van iedere bemiddeling op het kantoor hoog ligt. Een geslaagde bemiddeling is evenwel niet het doel op zich. Het kantoor levert een inspanningsverbintenis om de slaagkansen zo hoog mogelijk te maken door maximaal in te zetten op het verwerven van skills als bemiddelaar. Deze skills maken dat de bemiddelaars in staat zijn om een akkoord bij de partners te faciliteren.

Bemiddeling is een métier.

  1. Wat is het verschil met een klassieke scheiding voor de rechtbank ?

In een bemiddeling komt de oplossing vanuit de partijen zelf daar waar een gerechtelijke procedure beslecht wordt door een rechter.

Bemiddeling is vrijwillig daar waar een gerechtelijke procedure soms tegen de zin van een partner moet worden doorlopen.

In een bemiddeling worden de belangen van éénieder in beeld gebracht. In een gerechtelijke procedure is er veel aandacht op belangentegenstellingen (omdat iedere partij de rechter wil overtuigen van zijn/haar gelijk).

Betekent dit dat bemiddeling beter is dan een gerechtelijke procedure ? Neen. Uit onderzoek van de Ugent blijkt dat het resultaat bekomen in een bemiddeling als even waardevol wordt beschouwd als de rechterlijke beslissing. Alles hangt af van de behoeften van de partners.

Bemiddeling heeft wel bepaalde voordelen: het is doorgaans sneller en goedkoper  dan een gerechtelijke procedure.

Bovendien heeft bemiddeling een positieve impact op de communicatie tussen de partijen, daar waar de communicatie na een gerechtelijke procedure soms nog verslechtert.

Hebt u vragen over scheidingsbemiddeling ?

Wil u graag deel uitmaken van ons netwerk aan doorverwijzers ?

Vraag het ons. Wij luisteren graag.

Waar gaan de kinderen wonen?

De verblijfsregeling van de kinderen wordt gelijkmatig verdeeld tussen beide partners. Dat is het uitgangspunt van de gewijzigde wet van 2006. Het is de zogenaamde ‘klassieke verblijfsregeling’ waarbij de kinderen één week bij de ene ouder en de andere week bij de andere ouder wonen.
Komen de ouders niet overeen over een gelijkmatige verblijfsregeling van de kinderen dan zal de rechter oordelen en zal eerst gekeken worden of een gelijkmatige verblijfsregeling aangewezen is. Beslist de rechtbank dat de gelijkmatige verblijfsregeling niet aangewezen is, dan zal de rechter dat op een bijzondere wijze motiveren.

Bepalend in de beslissing is het belang van het kind en het belang van de ouders. Daarnaast spelen ook de leeftijd van de kinderen en de mening van het kind een rol. Vanaf 12 jaar wordt het kind uitgenodigd om hierover gehoord te worden door de rechter. Ook wanneer de ouders te ver uit elkaar wonen of niet beschikbaar zijn voor de kinderen, kan de rechter beslissen om de kinderen bij één ouder te laten wonen.
De rechter zal altijd een verblijfsregeling proberen te bereiken die de veiligheid en de stabiliteit van de kinderen ondersteunt.

Er wordt ook rekening gehouden met de al bestaande verblijfsregeling. Verloopt die vlot en zonder noemenswaardige problemen dan zal de rechtbank niet geneigd zijn daar verandering in te brengen.

Wat met de kinderen?

Alleen de beide ouders hebben het gezamenlijk ouderlijk gezag.
‘Gezamenlijk’ betekent dat ze tot een overeenstemming moeten komen over de organisatie van de huisvesting van de kinderen en alle belangrijke beslissingen (zoals over hun gezondheid, hun opvoeding, hun studies, vrije tijd, de religieuze of filosofische oriëntatie,…).

Bij onenigheid of als een beslissing niet gezamenlijk is genomen, kan je naar de familierechter gaan die zal oordelen in het belang van het kind. Is er een dringende beslissing nodig (vb . schoolkeuze), dan kan je naar de kortgedingrechter stappen.

Zelfs wanneer een kind exclusief bij één ouder woont, behoudt de andere ouder mee het ouderlijk gezag. De ouder bij wie de kinderen wonen, overlegt gezamenlijk met de andere partner over alle maatregelen die met de kinderen te maken hebben. Die regeling geldt voor alle kinderen, of hun ouders nu getrouwd zijn of niet, en wat ook de evolutie van hun onderlinge relatie mag zijn. Het ouderlijk gezag is gebaseerd op de afstamming.
In uitzonderlijke gevallen kan de rechter het ouderlijk gezag geheel of gedeeltelijk aan één ouder toekennen.

Mag ik meubels meenemen als ik vertrek?

Of je nu getrouwd bent, wettelijk of feitelijk samenwoont, je mag je meubels meenemen. De meubelen die je samen met je partner bezit, moeten jullie onderling verdelen.

Wanneer je samenwoont, kan het natuurlijk moeilijk zijn om te bewijzen wat van wie is. Je kan alle rechtsmiddelen gebruiken en vooral door facturen of andere documenten bewijzen dat het eigendom van jou is. Bij je huwelijk kies je voor een huwelijksvermogenstelsel dat bepaalt wat de eigen bezittingen zijn en wat de gemeenschappelijke goederen zijn. Kleding of bezittingen die verband houden met je beroep en goederen die je geërfd hebt, mag je bijna altijd meenemen.

Mag ik de sloten van de woning laten vervangen?

Als je getrouwd bent of wettelijk samenwoont, geniet de gemeenschappelijke woning bescherming en kan je niet plots de sloten veranderen, zelfs niet wanneer je de enige eigenaar zou zijn. De rechter zal in het kader van een procedure beslissen welke partner in de gemeenschappelijke woning verder mag wonen. Zolang er geen uitspraak is van de rechter kan elke partner de gezinswoning binnengaan en zelfs de eventuele nieuwe sloten laten openbreken.

Als je niet getrouwd bent, kan je niet genieten van de bescherming van de gezinswoning en hangen je rechten af van de eigendomsakte of het huurcontract. Als je geen eigenaar bent en geen huurder, dan heb je geen enkele bescherming, zelfs al ben je gedomicilieerd op het adres van de gemeenschappelijke woning en heb je kinderen met je partner.

Mag ik op een andere plaats gaan wonen?

Het huwelijk en het wettelijk samenwonen beschermen de gemeenschappelijke woning maar leggen je ook verplichtingen op in verband met de schulden van de woning en de lasten van jullie gemeenschappelijk huishouden. Als je de gemeenschappelijke woning verlaat zonder tussenkomst van een rechter of zonder een gezamenlijk akkoord tussen beide partijen, dan stel je je kwetsbaar op en kan je nog aangesproken worden voor alle schulden en lasten van het gemeenschappelijk huishouden.

Als je gehuwd bent, kan het huwelijk alleen door een juridische procedure worden beëindigd. Het wettelijk samenwonen kan worden beëindigd door een simpele verklaring die je alleen of samen met je ex-partner aflegt bij het gemeentebestuur.
De partijen kunnen aan de rechter vragen om maatregelen te nemen, die voor een welbepaalde tijd gelden. Meestal gelden ze voor maximaal één jaar. Eén van de dringende maatregelen die je aan de rechter kan vragen, is om de gemeenschappelijke woning te mogen verlaten en alleen op een andere plaats te gaan wonen.

Wettelijk samenwonen beëindigen

Het wettelijk samenwonen kan eenzijdig beëindigd worden of in onderlinge toestemming. 
Als een partner  de relatie éénzijdig wil beëindigen legt hij een verklaring af bij de ambtenaar van de burgerlijke stand van de woonplaats. 
De ambtenaar laat de beëindiging betekenen binnen de acht dagen aan de andere partner. De kosten van de betekening betaalt de partner die de relatie beëindigt en variëren tussen 75 EUR en 250 EUR. Een feitelijke scheiding tussen de partners leidt niet tot het einde van de wettelijke samenwoning, een verklaring is noodzakelijk. 

Partners kunnen samen een verklaring van beëindiging afleggen bij de ambtenaar van de burgerlijke stand. Hoewel niet wettelijk vereist, wordt toch gevraagd dat de partners persoonlijk verschijnen. 

Wanneer de eenzijdige beëindiging abrupt is gebeurd, kan een partner een partneralimentatie vorderen voor de Familierechtbank. Een wettelijke grondslag hiervoor is er niet aangezien het wettelijk samenwonen een ” zakelijk” instituut is, niet gekoppeld aan een affectieve en sexuele band en losgekoppeld van verwantschap. Er is geen wettelijke georganiseerde solidariteit terwijl dit voor gehuwden wel het geval is. 

De meerderheid van de actuele rechtspraak ( 2017) staat echter negatief tegen het toekennen van een partneralimentatie, hoewel het toekennen ervan wel gerechtvaardigd is als gevolg van het einde van het wettelijk samenwonen. 

De partner stelt zijn verzoek in binnen de drie maanden na het beëindigen van de wettelijke samenwoning en de alimentatie kan maximaal één jaar worden toegekend.

Voor de kinderen kunnen de partners een regeling uitwerken in een onderhandse of authentieke akte. Wat de partners zelf regelen voor de kinderen ontsnapt aan een rechterlijke controle als de overeenkomst niet aan een homologatie door de rechtbank wordt voorgelegd. 

Slagen de partners er niet in om een regeling over de kinderen uit te werken, dan kunnen zij maatregelen vragen aan de Familierechtbank in het kader van dringende voorlopige maatregelen. 

( oktober 2017- bron: Wettelijk samenwonen, Lynn De Schrijver)