Vaderdag zonder kinderen?

Zondag is het Vaderdag, maar Joris* zal dat zonder zijn kinderen vieren. Sandra*, zijn ex, stuurde hem gisteren een whatappje om te zeggen dat de kinderen bij haar blijven dit weekend. Heeft zij het recht om dit te doen? En heeft Joris als vader, het recht om de kinderen te zien?

Als Sandra de verblijfsregeling even naleest, dan ziet zij dat er werd overeengekomen dat de kinderen op Vaderdag bij de papa verblijven. Deze regeling is klaar en duidelijk, en Sandra kan die niet op eigen houtje wijzigen, zonder akkoord van Joris.

Wat kan Joris doen? Hij kan deze patstelling best regelen via bemiddeling. Dit is een effectieve manier om Sandra aan te spreken op enige redelijkheid. Bovendien blijft het dan relatief rustig voor de kinderen. Zij vragen hier niet om en zijn al uit hun gewone doen. Spanningen tussen hun ouders kunnen ze dan ook wel missen.

Joris heeft trouwens wel het recht aan zijn kant. Hij kan de vaderdagregeling zelfs juridisch afdwingen. Als Sandra de kinderen niet bij hem laat komen, dan zal ze daar een zeer goede, geldige reden moeten voor hebben. Een reden die gestaafd wordt door een medisch attest.

Het contact tussen de ouder en de kinderen is immers een fundamenteel element van het gezinsleven. Dit contact wordt beschermd door het Europees verdrag van de rechten van de mens ( art. 8). Een vader heeft het recht om de kinderen te zien op Vaderdag. De rechtbank zal hem hierin steunen, hij staat er niet alleen voor.

Omdat de verblijfsregeling een recht is, en geen plicht, zou Joris trouwens ook mogen vragen dat de kinderen zondag bij Sandra blijven. Hij ziet dan af van dit recht en Sandra kan hem niet dwingen de kinderen te zien op Vaderdag. Dit is een misbruik dat voorkomt en vaak onder de radar blijft. Het recht staat hier machteloos tegenover.

Zoals gezegd: Joris en Sandra proberen dit best met bemiddeling te regelen. Als bemiddelaar luister ik naar hen, vraag door en zoek verheldering bij allebei. Joris en Sandra verlaten de bemiddelingstafel opgelucht nadat zij gehoord zijn en komen zo tot een oplossing.

* Fictieve namen

Onderhoudsgeld na scheiding

Onderhoudsgeld tussen ex-echtgenoten: bemiddeling of rechtbank?

Wanneer er bij een scheiding een financieel onevenwicht is tussen de beide partners, heeft de partner die er financieel het minst goed voor staat wettelijk een principieel recht op een alimentatie na de scheiding.

Yves en Mieke waren als jong koppel het perfecte plaatje. Yves,  een zelfstandige ondernemer met een veelbelovende startup zaak in IT. Mieke, net afgestudeerd en klaar om de handen uit de mouwen te steken. Ze trouwden en kregen 3 kinderen. Mieke werkte aanvankelijk voltijds als bedrijfspsychologe, maar nadat hun derde zoon Elias geboren werd besloot het koppel dat het beter was als ze halftijds zou gaan werken en zij de zorg voor  de kinderen verder op zich zou nemen.

Fast forward naar 20 jaar later. De kinderen zijn het huis uit en Yves en Mieke zijn vijftigers, nog steeds in de fleur van hun leven…maar de vonk is weg en het koppel besluit te scheiden. Mieke begint na te denken over de verdere toekomst alleen en schrikt van het financiële plaatje. Ze voelt zich afhankelijk van Yves. Ze vraagt zich af of ze nu recht heeft op verdere financiële steun van hem, net zoals tijdens het huwelijk ? Ze wil ook weten hoe een rechter zal beslissen waarop ze precies mag rekenen in het geval dat Yves niet akkoord gaat.

Dat er een financieel onevenwicht is en dat de ene ex-echtgenoot principieel recht heeft op een onderhoudsuitkering van de andere, betekent niet dat er ook werkelijk een uitkering zal worden toegekend. Nadat de rechter de financiële situatie van Yves en Mieke beoordeeld heeft, zal hij vervolgens nagaan of Mieke niet zelf in staat is om voor haar levensonderhoud in te staan en ze eigenlijk wel werkelijk de financiële hulp van Yves nodig heeft. Als dit het geval is, gaat gekeken worden hoe Yves daadwerkelijk in staat is om Mieke verder te ondersteunen.

Om te beoordelen of er een onevenwicht is, zal een rechter steeds eerst vragen dat elke partner heel goed aantoont wat de inkomsten en uitgaven zijn. In het geval van Yves, die een eigen zaak heeft, zal dat niet eenvoudig zijn. Yves zou door de rechtbank verplicht worden een boekhouding voor te leggen, en  hij heeft schrik dat de rechter zijn situatie wel eens té rooskleurig zou kunnen inschatten. Mieke houdt best in het achterhoofd  dat de rechter ook rekening zal houden met haar mogelijkheden die zij nog heeft om toch terug voltijds te gaan werken. Ook haar situatie  kan dus anders ingeschat worden dan ze eigenlijk is.

Recente rechtspraak van het Hof van Beroep te Gent stelt een aantal principes zeer duidelijk. Zo heeft Mieke geen recht op een automatische 50-50 verdeling van de samengevoegde inkomsten. Het is dus niet zo dat Yves zijn inkomsten met Mieke moet delen zodat zij op gelijke voet komen te staan. Ook mag er geen risico zijn dat Yves door het toekennen van een onderhoudsuitkering aan Mieke zélf in de financiële problemen zou komen. Anderzijds, voor zover de rechter meent dat Mieke haar mogelijkheden té beperkt zijn, kan de rechter rekening houden met de levensstandaard van Yves en Mieke tijdens hun huwelijk, en het feit dat Mieke haar carrière op de achtergrond kwam om de zorg van de kinderen op zich te nemen. De rechter kan Mieke een alimentatie toekennen die ruimer is dan wat ze strikt genomen nodig heeft om van te leven. Yves kan er in dat geval wel op rekenen dat de alimentatie beperkt blijft tot maximum 1/3e van zijn inkomen, en dit maximaal voor  de duur van het huwelijk.

In een gerechtelijke procedure weten de partners nooit vooraf welke bedragen  de rechtbank zal uitspreken. Yves en Mieke besluiten daarom om in bemiddeling te gaan, waar ze in alle vertrouwelijkheid over hun financiële situatie kunnen spreken en de beslissingen zelf in de handen houden. Na een viertal vergaderingen bereiken ze tijdens de bemiddeling uiteindelijk een akkoord waar ze beiden voor tekenen. Kies daarom voluit voor www.scheidingsbemiddeling.gent of bel naar 09/366.46.50